Huiselijke bezigheden, off-road en historie

Niets fijner als de zon schijnt en we besluiten de wasmachine flink te vullen. Maar na een tweede lading stopt de wasmachine. Ook de elektriciteit stopt er mee, kan dit de wasmachine zijn? Neen het blijkt een algehele storing, alle dorpsbewoners hebben last. Duurt gelukkig maar een halfuurtje.

De varkensboer inmiddels op de hoogte van de kapotte wasmachine is het beu. Hij besluit een wasmachine te kopen in Alcañiz het volgende dorp. Co rijdt mee. Zo gepiept. Met wasmachine zijn ze binnen een halfuurtje terug.

De ‘koningin’ en ik worden erbij geroepen. Ze geeft me drie zoenen en zegt dat ze haar jongste van school gaat halen. En de varkensboer wil ons deze omgeving laten zien en ook wat huizen. Het matarrana-gebied zit vol met Bulgaren en Roemenen om de grond te bewerken. En bovendien is er weinig  land over, zegt hij. De prijzen liggen daar hoger.

Huis één - voordeur

In zijn Ford neemt hij ons verder het natuurgebied in. Ik zie steeds vaker het bordje ‘camino rural’ en af en toe ben ik echt een beetje bang. Steeds op het hoogste punt in een bocht met afgrond, kijkt hij naar Co en vertelt allerlei anekdotes van vroeger. Onder veel gelach hobbelen we verder over de ‘weg’. Co roept vanuit zijn stoel: “niet bang zijn hoor schatje, hij heeft wedstrijden ‘off-road’ gedaan!”  Ja ja, denk ik. Zal wel.

Hij laat ons een paar prachtige huizen zien. Een huis waar best nog veel werk aan is, maar ligt zo’n vier km vanaf Castelserás. Dit huis werd bewoond door nonnen. Achter de grote deur ligt een dood geitje. Dit is niet zo’n fraaie binnenkomer. Daarna komen we in een wirwar van kamertjes terecht. In één kamertje staan wat lammetjes mij oenig aan te kijken. De herder mag gebruik maken van het grote huis, blijkt.

Hij laat een tweede huis te zien, deze is niet te koop. Het ligt aan de N2406, hier rijdt haast niemand. Vervolgens naar de hoogste berg waar een zeer vervallen, maar oh zo’n mooi klooster staat. Gigantische eetzaal voorzien van een enorme open haard en een waterput. Mooie kelders voor opslag. Wat zonde van dit eeuwenoude gebouw. Co roept voortdurend: “iqué lástima”. En Truffel houd ik dichtbij, vanwege de diepe gaten in het gebouw. We zien zelfs nog een oud graf op de begane grond.Klooster

Alles gezien, vervolgen we de weg. Wij passeren zijn varkensstallen. He gelukkig, denk ik. Effe te veel cultuur in één middag gezien. Maar verderop bezoeken we een andere schuur, waar zijn konijnen, kippen, katten en één varken wonen.

Het non-verbale gebaar plus het woordje ‘para comer’, dat doet toch even pijn. Wel hypocriet, want ik ga vanavond uit eten in ‘Los Cubos’. De plaatselijke bar, waar je fantantisch lekker kan eten.

 

 

Share Your Thoughts